02 God, wie is Hij?

1. Eeuwigdurend.
Psalm 90: 2 Voordat de bergen werden voortgebracht, of gij de aarde en de wereld hebt gevormd, ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid, zijt gij God.

2. Allemaal krachtig.
Daniël 2:20 Daniël antwoordde en zeide: Gezegend zij de naam van God in alle eeuwigheid; want wijsheid en macht zijn zijn:

3. Hij vestigt en neemt koningen neer.
Daniel 2:21 En hij veranderde de tijden en de jaargetijden; hij nam koningen weg, en zette koningen op; hij gaf wijsheid aan de wijzen, en wetenschap dengenen, die verstandig zijn;

4. Hij verklaart het einde vanaf het begin.
Isaiah 46: 9-10 Gedenk de vorige dingen vanouds; want ik ben God, en er is niemand anders; Ik ben God, en er is niemand zoals ik, [10] Die het einde vanaf het begin verklaart, en van oudsher de dingen die nog niet gedaan zijn, zeggende: Mijn raad zal standhouden en ik zal er alles aan doen:
Isaiah 45:21 Zegt het, en brengt het; ja, laten zij samen beraadslagen: wie heeft dit uit de oudheid verklaard? wie heeft het vanaf die tijd verteld? heb ik de HERE niet? en er is geen God anders naast mij; een rechtvaardige God en een Redder; er is niemand naast mij.

5. Alle krachtige Schepper.
Psalm 33: 6 Door het woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt; en al het leger van hen door de adem van zijn mond.
Psalm 33: 9 Want Hij heeft gesproken, en het was geschied; hij beval, en het stond vast.

6. Lang Lijden, Genadig en Genadevol.
Exodus 34: 6-7 En de HEERE ging voorbij voor zijn aangezicht, en riep uit: de HEERE, de HEERE God, barmhartig en genadig, lankmoedig en overvloedig zijnde in goedheid en waarheid; 7 Barmhartig zijn voor duizenden, ongerechtigheid en overtreding vergeven, en zonde, en dat zal in geen geval de schuldigen zuiveren; een bezoek brengen aan de ongerechtigheid van de vaderen over de kinderen en over de kinderen van de kinderen, tot het derde en vierde generatie.
7. Tekent ons met liefdevolle vriendelijkheid.
Jeremia 31: 3 De HEERE heeft mij verschenen, zeggende: Ja, ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde; daarom heb Ik u met goedertierenheid getrokken.

8. De eigenaar van de hele wereld.
Psalm 24: 1 De aarde is des HEEREN, en haar volheid; de wereld, en zij die daarin verblijven.

9. De hemel openbaart zijn glorie.
Psalm 19: 1 De hemel verklaren de heerlijkheid Gods; en het uitspansel toont zijn handwerk.
Isaiah 40:26 Heft uw ogen op omhoog, en ziet, die deze dingen geschapen heeft, die hun heir voortbrengt in getal; hij noemt hen allen bij name, vanwege de grootheid zijner kracht, dewijl hij sterk is in macht; niemand faalt.

10. Onze Verlosser verdient onze lof.
Psalms 34: 1-4
Ik zal den HEERE te allen tijde zegenen; Zijn lof zal Hij voortdurend in mijn mond hebben. [2] Mijn ziel zal zich beroemen op de HEER; de nederigen zullen daarvan horen en blij zijn. [3] Vergroot de Heer met mij en laat ons zijn naam samen verheffen. [4] Ik zocht de HEER en hij hoorde mij en bevrijdde mij van al mijn angsten.
Jes 41:10
Vrees niet; want ik ben met u; wees niet verschrikt; want ik ben uw God; ik zal u sterken; ja, ik zal u helpen; ja, Ik zal u verdedigen met de rechterhand van mijn gerechtigheid.

Jesaja 43: 1-3 Maar nu, zo zegt de HEERE, uw Schepper, o Jakob! En uw Formeerder, o Israël! Vrees niet; want Ik heb u verlost; Ik heb u bij uw naam geroepen; Jij bent de mijne. [2] Als u door de wateren gaat, zal ik bij u zijn; en door de rivieren zullen zij u niet overstromen; wanneer gij door het vuur wandelt, zult u niet worden verbrand; en de vlam zal u niet aansteken. [3] Ik ben de HEER, uw God, de Heilige van Israël, uw redder. Ik heb Egypte voor uw losprijs, Ethiopië en Seba voor u gegeven.

11. Hij zal ons nooit verlaten.
Hebreeën 13: 5 Laat uw gesprek zijn zonder hebzucht; en wees tevreden met dingen die je hebt, want hij heeft gezegd: Ik zal je nooit verlaten en zal je niet verlaten.