37 De Sabbat en het huiselijk leven

De Sabbat was een volledig bezette dag in het huis van de Whites. Natuurlijk werd de dienst in de gemeente bezocht. S`middags las zuster White vaak voor aan de kinderen, Bijbelse verhalen of de geschiedenis van de gemeente werden het meest gelezen. Liet het weer het toe dan ging ze met de kinderen wandelen door het bos, langs het water en genoten ze allen van de heerlijke natuur. Ook werden vaak zieken, ouderen of alleenstaanden bezocht. Ze sprak uit eigen ervaring toen ze in latere jaren schreef: “De Sabbatschool en de dienst daarna maken slechts een deel van de Sabbat uit. Wat voor het gezin overblijft kan tot de meest geheiligde en kostelijkste ogenblikken van al dé Sabbaturen gemaakt worden. Veel van deze tijd moeten de ouders doorbrengen met hun kinderen”. (Schatk. deel 3 blz. 21)

Avond en morgenwijdingen werden zoveel mogelijk door Ellen en James zelf geleid en zij legden het er op toe de jongens zoveel mogelijk daarin deel te laten nemen door het zingen van liederen, het voorlezen van teksten en dergelijke dingen. Natuurlijk waren er vaak bezoekers en menigmaal bleven de gasten zelfs enkele dagen logeren. Dit alles bracht extra lasten met zich mee en koste tijd en aandacht. Het gezin kreeg soms de indruk dat hun huis een gratis hotel was.

Tijdens een conferentie in 1859 waren er 35 mensen aan de maaltijd. Is het begrijpelijk dat zuster White de volgende dag in haar dagboek schreef: “We waren allen zeer afgemat”. In een brief aan één van de werkers in het jaar 1873 openbaart Ellen White wat dit alles voor haar betekende: “Ik ben opgestaan om half zes in de morgen, hielp Lucinda met afwassen, heb geschreven tot donker, daarna noodzakelijk. naaiwerk gedaan, bezig tot bijna middernacht; ook heb ik nog gewassen voor het gezin nadat mijn schrijven was geëindigd. Dikwijls voelde ik mij zo moe dat ik heen en weer waggelde als een dronken persoon, maar loof de Heere, ik ben staande gehouden”.

Hoewel zwaar belast met vele problemen verwaarloosde de drukke moeder de opvoed ding van haar kinderen niet. De discipline in het gezin handhaafde zij krachtig maar steeds met begrijpende liefde en vriéndelijkheid. Zij poogde een crisis te vermijden en streefde er voortdurend naar om de geest van de jongens zó te leiden dat het karakter werd versterkt en de wilskracht ontwikkeld. Eenvoudige en passende beloningen vormden een aanmoediging tot goed gedrag en gehoorzaamheid.

De verleidingen buitenshuis werden zoveel mogelijk krachteloos gemaakt door aangename bezigheden en genoegens binnenshuis. Zeer zelden werd lichamelijke straf toegediend en als het moest gegeven worden alleen na een rustig gesprek en ernstig gebed. Natuurlijk rezen er wel eens problemen. De jongens waren geen model kinderen. Maar moeilijkheden werden direct en met beslistheid onder ogen gezien. Later schreef zuster White: “Ik liet mijn kinderen nooit toe te denken dat zij mij als kinderen konden plagen. Nooit veroorloofde ik het mijzelf om een ruw woord te zeggen.... Wanneer mijn geest geïrriteerd was, of wanneer ik het gevoel dat ik werd uitgedaagd, was ik gewend te zeggen: “Kinderen, we zullen dit nu laten rusten; we zullen er nu niets meer over zeggen. Vóór dat jullie gaan slapen, zullen we er verder over praten”.

Met alle tijd om er over na te denken, waren ze tegen de avond meestal afgekoeld en kon ik hen heel gemakkelijk behandelen. Door haar vele reizen was Ellen White vaak weg van huis, evenals haar man. Dit maakte de taak van de opvoeding niet eenvoudiger. Maar hun moeder dacht veel aan hen en bleef met hen in kontact door talrijke brieven. Boven alles rezen vaak haar gebeden voor de jongens op tot Hem, Wiens oog dag en nacht waakt over al Zijn kinderen.