D03 - Volg de weg van de Meester



Neem een voorbeeld aan de Meester. Doe zoals Hij.

"Hij (Jezus) verkondigde de waarheid door deze op de meest rechtstreekse en eenvoudige wijze te verkondigen. Zijn taal was zuiver, verfijnd en helder als een stromende rivier. Zijn stem was als muziek voor de mensen, die naar de eentonige, saaie woorden van de rabbijnen hadden geluisterd. Hoewel Zijn taal eenvoudig was, sprak Hij als iemand met gezag. Jezus leerde de Schriften als niet te weerleggen en gezaghebbend.

"Wat Zijn onderwerp ook mocht zijn, het werd verkondigd met macht alsof Zijn woorden geen tegenstellingen gedoogden". (Desire of Ages, blz. 253)





a) "Iedere onderwijzer moet er op toezien, dat zijn werk tot beslissende resultaten leidt. Voordat hij tracht zijn onderwerp te onderwijzen, moet hij een duidelijk plan in gedachte hebben en moet hij nauwkeurig weten, wat hij tot stand wenst te brengen. Hij mag niet tevreden zijn met de onderwijzing van een of ander onderwerp, totdat de leerling de besproken beginselen begrepen en de waarheid bespeurd heeft en in staat is om duidelijk weer te geven, wat hem is geleerd". (Education, 233)

b) "Verklaar de waarheid, zoals Christus die bracht, punt voor punt en stap voor stap". (Gospel Workers, 233)

c) "Deze dingen mogen niet als een droge theorie worden onderwezen. Zij, die deze waarheid willen doorgeven, moeten zelf naar de beginselen leven. Alleen als de waarheid in hun eigen leven weerspiegeld wordt, zullen zij indruk op anderen maken". Idem. 376.

d) "Het is niet verstandig om zó uitvoerig te werk te gaan en alles te zeggen wat er maar over een bepaald onderwerp gezegd kan worden, als enkele argumenten het bewijs leveren en voldoende zijn om te overtuigen of tegenstanders tot zwijgen te brengen."(Gospel Workers, 376)

e) De Evangeliën bevatten meer dan 100 verschillende vragen, die Jezus heeft gesteld.

f) De discipelen leerden als getuigen. Hand. 2:32

1. De discipelen spraken van de dingen die zij gehoord
en gezien hadden. Hand. 4:20.
2. De discipelen getuigden en vermaanden. Hand. 2:40. 3. Zij predikten in de naam van Jezus Christus. Hand.
4:10-13.


Ons onderwijs moet op het doel gericht zijn met Christus als middelpunt.

1. 50 gram buskruit in een patroon, maakt dat een kogel door ijzer kan dringen. Als duizend kilogram buskruit over een oppervlakte wordt uitgespreid, ontbrandt het alleen maar en gaat het in rook op.

2. Denk er vooral aan, dat de mensen die u wilt onderwijzen 'leerlingen zijn' en dat u hen met de kennis die zij hebben stap voor stap verder moet leiden.

Let op de grote beginselen, zoals Jezus dat deed:

a) Hij dacht aan de mens, zoals hij was. Luc. 8:43-48.

b) Zijn onderwijs was direct op de mens gericht. Education, 231.

c) Hij paste Zijn onderwijs aan de mens en aan de omstandigheden aan. Evangelism. 140, Ministry of Healing 23-26; Chr. Object Lessons, 17. Desire of Ages, 253.

d) Hij probeerde zich in de situatie van Zijn toehoorders te verplaatsen. Min. of Healing. 23,24.

e) Hij paste de vraag-en-antwoord methode toe. Luc. 2:46.


f) Hij onderwees op eenvoudige wijze. Desire of Ages, 253.