25 Genesis


HOOFDSTUK 25.

Hoofdstuk Het Huwelijk van Isaak in Patr. en Pr. 157. PP. 171 - 76.
PP 176. 188.
De Kanaanieten waren afgodendienaars, en de Heer beval, dat Zijn volk niet zou huwen met hen, opdat zij niet zouden in afgoderij gebracht worden. Abraham was oud, en hij verwacht vlug te sterven. Isaak was nog ongehuwd. Abraham was bevreesd van de verderfelijke invloed, die Isaak omgaf, en was bekommerd dat een vrouw voor hem zou gekozen worden, die hem niet van God zou afbrengen. Hij besprak dit feit met zijn getrouwe ervarene dienaar die alles bestuurde wat hij bezat. Abraham vroeg hem een plechtige eed af te leggen en met hem voor de Heer, dat hij geen vrouw voor Isaak zou nemen uit de Kanaanieten, maar dat hij zou gaan naar de familie van Abraham die in de ware God geloofden, en dat hij daar een vrouw zou uitkiezen. Hij droeg hem op voorzichtig te zijn en Isaak niet mede te nemen naar de streek vanwaar hij kwam, want zij waren bijna allen beinvloed door de afgoderij. Als hij geen vrouw kon vinden voor Isaak, die haar familie wilde verlaten, en komen waar hij was, dan zou hij ontheven zijn van de eed, die hij gedaan had. Deze belangrijke kwestie werd niet aan Isaak overgelaten, opdat hij voor zichzelf zou kiezen, onafhankelijk van zijn vader. Abraham zegt aan zijn dienaar, dat God een engel zal zenden voor hem uit om hem te leiden in zijn keuze. De dienaar, aan wie de opdracht gegeven werd, vertrok voor zijn lange reis. Als hij in de stad binnenging, waar Abrahams familie woonde, bad hij ernstig tot God opdat Hij hem zou leiden in netkiezen van een vrouw voor Isaak. Hij vroeg dat hem een zekere klaarblijkelijkheid zou gegeven worden, opdat hij niet zou missen in deze aangelegenheid. Hij rustte bij een put, die een plaats was, waar velen bijeenkwamen. Hier ondervond hij de uitnodigende handelwijze en beleefd gedrag van Rebecca, en al de klaarblijkelijkheden, die hij van God gevraagd had ontving hij, dat Rebecca deze was, die God behaagd had uit te kiezen om de vrouw van Isaak te worden. Zij nodigde de dienaar uit naar haar vaders huis. Hij dan vertelde aan haar vader en haar broeder de klaarblijkelijkheden, die hij van de Heer ontvangen had, dat Rebecca de vrouw van zijn meesters zoon, Isaak zou worden. Abrahams dienaar zegde dan tot hem, "Nu dan, zoo gijlieden weldadigheid en trouw aan mijnen heer doen zult, geeft het mij te kennen; en zoo niet, geeft het mij ook te kennen; opdat ik mij ter rechte - of ter linker hand wende". De vader en de zoon antwoordden "Toen antwoordden Laban en Bethuel en zeiden: Van den Heere is deze zaak voortgekomen, wij kunnen kwaad noch goed tot u spreken: zie, Rebekka is voor uw aangezicht, neem haar en trek heen; zij zij de vrouw van den zoons uws heeren, gelijk de Heere gesproken heeft. En het geschiedde, als Abrahams knecht hunne woorden hoorde, zoo boog hij zich ter aarde voor den Heer".
Nadat alles in orde gebracht geweest was, werd de toelating van de vader en de broeder verkregen, dan werd Rebekka geraadpleegd, als zij wilde gaan met de diemaar van Abraham op een grote afstand van haar vaders familie, om de vrouw te worden van Isaak. Zij geloofde uit de omstandigheden, die plaats gegrepen hadden, dat Gods hand haar verkozen had om Isaaks vrouw te worden, "en zij antwoordde, ik zal trekken". Huwelijkscontracten werden dan gemaakt door de ouders, toch werden zij niet gedwongen te huwen met iemand die zij niet beminden. Maar de kinderen hadden vertrouwen in het oordeel van hun ouders, en volgden hun raad, en brachten hun genegenheid op dezen, die hun godvrezende, ervarene ouders voor hen uitkozen. Het werd als een misdaad aanzien een andere richting te volgen in tegenstrijd met deze. Welk een kontrast met de richting, die de kinders nu volgen! Inplaats van eerbied te betuigen en ware eer voor hun ouders, door hen te raadplegen, en de voordelen te genieten van hun ervaren oordeel in het kiezen voor hen, gaan zij vlug te werk in deze aangelegenheid, en worden geleid eerder door impuls dan door oordeel van hun ouders, en de vreze Gods. Het is dikwijls het geval, dat zijhuwelijken aangaan zonder de wete van hun ouders, en in vele gevallen is hun leven verbitterd, door haastige huwelijken, omdat de schoonzoon of schoondochter zich niet verplicht voelen hun ouders gelukkig te maken,
Jonge mannen en vrouwen tonen somtijds grote onafhankelijkheid in verband met het huwelijk, alsof de Heer niets te doen had met hen, of zij met de Heer, en dat het slechts een aangelegenheid is die hen aangaat, waarin God noch hun ouders iets te zeggen hebben. Zij denken dat het verlenen van hun genegenheid, zij alleen zichzelf moeten raadplegen. Deze maken een ernstige fout, en enkele jaren in het huwelijksleven leert hen dat het een ellendige fout is. Hierin ligt de reden dat er zoveel ongelukkige huwelijken zijn, waar er zo weinig ware milde liefde is voor elkander en zo weinig oefening van edele verdraagzaamheid voor elkander.
Deze gedragen zich in hun eigen huis meer gelijk lichtgeraakte kinders, dan als waardige, minzame echtgenoot en vrouw.
Isaak was geoefend in de vreze God tot een leven van gehoorzaamheid. En als hij veertig jaar oud was, aanvaardde hij dat zijn door zijn vader gekozen, ervaren dienstknecht voor hem koos. Hij geloofde dat God zou leiden in het uitkiezen van een vrouw voor hem.
De kinders nu tussen de vijftien en twintig jaar achten zich in staat hun eigen keuze te doen zonder de toestemming van hun ouders. En ze zullen verwonderd opkijken als het hen zou voorgesteld worden van in de vreze Gods te handelen en van de aangelegenheid een gebedszaak te maken! Het geval van Isaak is nagelaten als een voorbeeld voor kinders om nagevolgd te worden in volgende generaties, speciaal door deze, die beweren God te vrezen.
De richting, die Abraham volgde in de opvoeding van zijn zoon Isaak, dat aanleiding gaf voor hem om een leven van edele gehoorzaamheid te beminnen, wordt verhaald ten gunste van de ouders, en zou er hen toe moeten leiden hun huishouden na hen te bevelen. Zij zullen hun kinders onderrichten hun over te geven en hun gezag te eerbiedigen. En zij zullen voelen dat een verantwoordelijkheid op hen rust van de gevoelens van hun kinders te leiden, opdat zij mogen geplaatst worden op personen, waarover zij zouden kunnen oordelen, dat zij aanvaardbare gezellen zijn voor hun zonen en dochters. Het is een jammerlijk feit, dat Satan de gevoelens van de jongeren voor een groot deel leidt. En sommige ouders denken, dat deze gevoelens niet moeten geleid worden noch weerhouden. De houding van Abraham is een verwijt voor al dezen". 3 Spir. Gifts. 108 - 13.

VERS 63.
"Het was Christus, die sprak met Abraham onder de eiken van Mamre; met Isaak als hij uitging om te bidden in de velden bij avondtijd .... "
Desire of Ages. 291.