01-B Gevoel in de plaats van het verstand

Velen die voorgeven geheiligd te zijn, weten niets van het werk van genade aan hun harten. Wanneer ze op de proef gesteld en getest worden,
zijn ze als de zelfgerechtigde Farizeeër. Ze dulden geen tegenspraak. Ze
schakelen verstand en beoordeling uit, en vertrouwen volledig op hun gevoel, terwijl ze hun aanspraken op heiligmaking baseren op gevoelens die
ze eenmaal hebben bespeurd in hun leven. Ze zijn koppig en verdorven in het vasthouden van hun aanspraken op heiligheid. Ze gebruiken veel
woorden, maar dragen geen kostelijke vruchten als bewijs daarvan. Deze
zogenaamde geheiligde personen bedriegen niet alleen zichzelf door hun
pretentie, maar ze oefenen ook een verderfelijke invloed uit op hen, die
ernstig verlangen te leven naar de wil van God. Men kan hen steeds weer
horen zeggen: “God leidt mij! God onderricht mij! Ik leef zondeloos!”
Velen, die in aanraking komen met deze geest, ervaren iets duisters en geheimzinnigs, wat ze niet kunnen begrijpen. Maar dit alles heeft niets van
het voorbeeld van Christus, het enig juiste Voorbeeld!
Bijbelse heiligmaking bestaat niet uit sterke emoties. Hierdoor worden
velen op een dwaalspoor gebracht. Ze richten zich naar hun gevoel. Als
ze zich gelukkig en verheven voelen, beweren ze geheiligd te zijn. Blijde
gevoelens ofwel de afwezigheid van blijdschap zijn niet het bewijs dat
iemand al dan niet geheiligd is. Onmiddellijke heiligmaking bestaat niet.
Ware heiligmaking is een dagelijks werk, dat voortgaat zolang men leeft.
Zij, die met dagelijkse verzoekingen hebben te kampen, die hun zondige
neigingen overwinnen, en naar heiligheid van hart en leven zoeken, beroemen zich niet op heiligheid. Ze hongeren en dorsten naar gerechtigheid. Zonde komt hen als weerzinwekkend voor.
Er zijn er die beweren geheiligd te zijn en die geloofsbelijdenis doen precies als hun broeders. Het kan moeilijk zijn onderscheid te maken tussen
beide groepen, maar toch bestaat er verschil. Het getuigenis van hen, die
zich beroemen op zo’n verheven ervaring, zorgt ervoor dat de lieflijke
geest van Christus zich terugtrekt uit een vergadering en dat er een verkillende invloed op de aanwezigen ontstaat. Zouden ze werkelijk zondeloos
leven, dan zou hun aanwezigheid heilige engelen in de vergadering brengen, en hun woorden zouden echt als “gouden appelen op zilveren schalen
zijn.” Spr.25:11.