15 De blinde leidt de blinde

Ik heb gezien hoe blinde voorgangers werkten om zielen even blind te maken als zijzelf waren, weinig beseffende wat over hen staat te komen. Zij verheffen zich tegen de waarheid en wanneer die overwint, worden velen van hen, die deze leermeesters beschouwd hebben mannen Gods te zijn en tot hen opgezien hebben om licht te ontvangen, onrustig gemaakt. Zij stellen deze voorgangers vragen aangaande de Sabbat en die zullen hun antwoorden, met het doel vrij te komen van het vierde gebod. Ik zag dat er niet gelet werd op wezenlijke eerlijkheid bij het innemen van de vele stellingen, die men tegen de Sabbat inneemt. Het voornaamste doel is om van de Sabbat des Heren af te komen en een andere dag te houden dan die, welke gezegend en geheiligd is door Jehova. Indien zij uit de ene stelling verdreven worden, nemen zij een tegenovergestelde stelling in, ook al hebben zij die kort tevoren als onbetrouwbaar veroordeeld.


Gods volk komt tot de eenheid des geloofs. Degenen, die de Sabbat van de Bijbel heilig houden, stemmen overeen in hun inzichten betreffende bijbelse waarheden. Maar zij, die de Sabbat tegenstaan onder de adventgelovigen, zijn niet één, maar wonderlijk verdeeld. De een laat zich horen tegenstander van de Sabbat te zijn en zegt dat het zus en zo is en verklaart ten slotte dat het punt beslist is. Zijn pogingen maken echter geen einde aan de kwestie en terwijl de zaak van de Sabbat voortgaat en de kinderen des Heren hem nog aannemen, komt er een ander en wil hem omverwerpen. Maar terwijl hij zijn inzichten blootlegt omtrent het niet verplichtend zijn van de Sabbat, gooit hij de argumenten van hem, die de eerste poging tegen de Sabbat ondernomen heeft, geheel en al omver en legt een theorie voor, die evenzeer tegen de zijn is als tegen de onze. Zo is het ook met de derde en de vierde, maar geen van hen wil het hebben, gelijk het in het woord van God staat: “De zevende dag is de Sabbat van de Here uw God.”

Ik zag dat zij bedenken wat des vleses is en zij onderwerpen zich dus niet aan de wet Gods. Zij zijn het niet eens met elkander, maar werken evenwel hard om door hun gevolgtrekkingen de Schrift te verdraaien, teneinde een breuk te maken in Gods wet, om het vierde gebod te veranderen, af te schaffen, of wat ook anders er mee te doen, liever dan het heilig te houden. Zij wensen de kudde stil te maken over deze kwestie, waarom zij iets opbrengen in de hoop, dat dit hen bevredigen zal en dat velen van hun volgelingen hun Bijbels zo weinig zullen onderzoeken, dat hun voorgangers gemakkelijk dwaling de schijn zullen kunnen laten aannemen van waarheid en zij nemen die als zodanig aan, daar zij op niets hogers zien dan hun voorgangers. ("Eerste Geschriften" E.G.White)