10 Orde en regeling

Orde en Regeling

1.Waar is God de stichter van? 1 Korintiërs 14:33.
33
want God is niet een God van wanorde, maar van vrede. Gelijk in alle gemeenten der heiligen,

2. Waarom gaf Paulus last aan Timotheus betreffende de plichten en kwalificaties van bisschoppen en diakenen? 1Timoteus 3:14,15.
14
Dit schrijf ik u, hoewel ik vrij spoedig tot u hoop te komen.
15 Mocht ik nog uitblijven, dan weet gij, hoe men zich behoort te gedragen in het huis Gods, dat is de gemeente van de levende God, een pijler en fundament der waarheid.

3. Hoe moet alles, wat tot Gods werk behoort, worden gedaan? 1 Korintiërs 14:40.
40
Laat alles betamelijk en in goede orde geschieden.

4. Wat is een eerste vereiste van soldaten in een leger? 1 Kronieken 12:38
38
Deze allen, strijders in gelid geschaard, kwamen met een volkomen toegewijd hart naar Hebron, om David koning te maken over geheel Israël; ook al de overige Israëlieten waren een van zin om David koning te maken.

5. Welke raad gaf Jetro, de schoonvader van Mozes hem, opdat de last van Israël te richten en de zaken van het volk te regelen, niet alleen op Mozes
zou rusten? Exodus 18: 21,22.
21
Daarnaast moet gij onder het gehele volk omzien naar flinke, godvrezende, betrouwbare mannen, die winstbejag haten, en hen over hen aanstellen als oversten van duizend, oversten van honderd, oversten van vijftig en oversten van tien.
22 Die zullen te allen tijde onder het volk rechtspreken; dan zullen zij alle grote zaken voor u brengen, maar alle kleine zaken zullen zij zelf berechten, zodat zij u verlichting geven en met u meedragen.

6. Hoeveel apostelen heeft Christus in het eerst afgezonderd om het evangelie te prediken? Markus 3: 14.
14
En Hij stelde er twaalf aan, opdat zij met Hem zouden zijn en opdat Hij hen zou uitzenden om te prediken,

7. Hoeveel heeft hij er later aangesteld om dit werk te doen? Lukas 10: 1.
1
Daarna wees de Here nog tweeënzeventig aan en Hij zond hen twee aan twee voor Zich uit naar alle steden en plaatsen, waar Hij zelf komen zou.

8. Toen het aantal discipelen toenam, welke instructies gaven de apostelen toen aan de gelovigen, opdat niemand voorbij gezien zou worden in de
dagelijkse benodigdheden? Handelingen 6: 3.
3
Ziet dan uit, broeders, naar zeven mannen onder u, die goed bekend staan, vol van Geest en wijsheid, opdat wij hen voor deze taak aanstellen;

9. Welk bevel kwam door de Geest tot de dienstdoende profeten en leraars, die te Antiochië werkten? Handelingen 13: 2,3.
2 En terwijl zij vastten bij de dienst des Heren, zeide de Heilige Geest: Zondert Mij nu Barnabas en Saulus af voor het werk, waartoe Ik hen geroepen heb.
3
Toen vastten en baden zij, en legden hun de handen op en lieten hen gaan.

10. Wat is een van de gaven, welke God in de kerk geplaatst heeft? 1 Korintiërs 12:28.
28 En God heeft sommigen aangesteld in de gemeente, ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraren, verder krachten, daarna gaven van genezing, bekwaamheid om te helpen, om te besturen, en verscheidenheid van tongen.

11.Welke last gaf de apostel Paulus aan Titus voor het bestuur van zaken in iedere plaatselijke kerk? Titus 1: 5.
5 Ik heb u op Kreta achtergelaten met de bedoeling, dat gij in orde zoudt brengen hetgeen nog verbetering behoefde, en dat gij, zoals ik u opdroeg, in alle steden als oudsten zoudt aanstellen mannen,

12. Welk bevel gaf hij aan de leden van de kerk, die de verhouding betreft, waarin zij stonden tot degenen, die aldus waren aangesteld?
Hebreeen13:17. Zie 1Petrus 5: 5/ Markus10:42-45.
17 Gehoorzaamt uw voorgangers en onderwerpt u aan hen, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen. Laten zij het met vreugde kunnen doen en niet al zuchtende, want dat zou u geen nut doen.

5 Evenzo gij, jongeren, onderwerpt u aan de oudsten. Omgordt u allen jegens elkander met nederigheid, want God wederstaat de hoogmoedige, maar de nederige geeft Hij genade.

42 En Jezus riep hen tot Zich en zeide tot hen: Gij weet, dat zij, die regeerders der volken heten, heerschappij over hen voeren, en hun rijksgroten oefenen macht over hen.
43 Zo is het echter onder u niet. Maar wie groot wil worden onder u, zal uw dienaar zijn;
44 en wie onder u de eerste wil zijn, zal aller slaaf zijn.
45 Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen.

13.Welk bevel en welke waarschuwing wordt er aan de ouderlingen gegeven? 1Petrus 5:1-3.
1 De oudsten onder u vermaan ik dan als medeoudste en getuige van het lijden van Christus die ook een deelgenoot ben van de heerlijkheid, welke zal geopenbaard worden:
2 hoedt de kudde Gods, die bij u is, niet gedwongen, maar uit vrije beweging, naar de wil van God, niet uit schandelijke winzucht, maar uit bereidwilligheid,
3 niet als heerschappij voerend over wat u ten deel gevallen is, maar als voorbeelden der kudde.