Was er genade onder het Oude Verbond ?

Wij hebben ons reeds beziggehouden met het begrip genade. Wij hebben er nu wel wat over gezegd, maar het is een onderwerp waar men nooit over uitgesproken raakt, omdat het voor de mens zo uiterst belangrijk is. Nu willen wij kort nagaan sinds wanneer de genade Gods werkzaam is. Velen menen namelijk, dat genade een specifiek nieuwtestamentisch begrip is. Hun vermoeden wordt versterkt door een uitspraak in joh. 1 : 17: „Want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid is door Jezus Christus geworden." - Dus onder het Oude Verbond had men de Wet en onder het Nieuwe Verbond de genade van Christus. Maar deze gevolgtrekking is niet juist. De genade van Christus, die op Golgotha bezegeld werd door het verzoenend sterven van de Verlosser, werkte reeds gedurende het gehele Oude Verbond tot redding der mensheid. Het is onschriftuurlijk te beweren, dat voor het Oude Testament de Tien Geboden van kracht waren en onder het Nieuwe Verbond enkel de genade geldt. Beide : de Wet des Heren en de genade Gods waren gegeven voor de gehele menselijke bedeling en omvatten zowel het Oude als het Nieuwe Verbond. Wij zullen dit in de komende toe­spraken nog breedvoerig toelichten met betrekking tot de wet, maar nu willen wij enkel stilstaan bij Gods genade onder het Oude Verbond. We lezen daartoe een tekst in 2 Tim. 1 : 9: „Die ons heeft zalig gemaakt en geroepen met een heilige roeping; niet naar onze werken, maar naar Zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus vóór de tijden der eeuwen." - Sinds wanneer is die genade in Christus ons gegeven? - Sinds Golgotha? Of sinds de Pinksteruitstorting? Zeker, op Golgotha werd ze bezegeld en op de Pinksterdag op bijzondere wijze gemanifesteerd, maar gegeven, zegt de H. Schrift, werd ze „vóór de tijden der eeuwen". Reeds toen God het plan van de schepping met Zijn Zoon besprak,

stelde Jezus Zichzelf vrijwillig ter beschikking voor het geval de mens die nog geschapen moest worden, zijn vrije wil tot het kwade zou gebruiken. Dit wordt in Gods Woord zo treffend bevestigd in Openb. 13 : 8, waar Jezus genoemd wordt het Lam Dat geslacht is „vóór de grondlegging der wereld". Toen het eerste mensenpaar zondigde, kon de genade Gods dadelijk haar reddend en heiligend werk ver­richten; het enige verschil bestond daarin, dat deze kracht der genade onder het Oude Verbond werkzaam was met het uitzicht op het kruis, en dezelfde genadekracht onder het Nieuwe Verbond werk­zaam is in het licht van het kruis, m.a.w. vanuit het kruis.

God heeft niet gewacht met Zijn reddende genade tot het Nieuwe Verbond, neen, die reddende en heiligende kracht Gods heeft onder het Oude Verbond ook mensen geestelijk vernieuwd en geschikt ge­maakt voor het Godsrijk. Denk toch alleen maar eens aan die drie Godsmannen, Henoch, Mozes en Elia. Was hun godvruchtig leven niet een vrucht van Gods genade - van die vernieuwende kracht van God in 's mensen leven? Hun opneming in de hemel en de opstan­ding van Mozes waren gebeurtenissen die voltrokken werden met Golgotha in uitzicht. Maar zij boden voor de andere gelovigen de zekere waarborg, dat Golgotha werkelijkheid zou worden, omdat Gods genade sinds de zondeval werkzaam was. Een uitnemend voorbeeld van Gods genade onder het Oude Verbond is de uitredding van het volk Israël. We lezen in Jer. 31 : 2: „Zo zegt de Here : Het volk der overgeblevenen van het zwaard heeft genade gevonden in de woestijn, namelijk Israël, toen Ik henenging om hem tot rust te brengen." De overgeblevenen van het volk Israël, nl. diegenen die niet ongelovig waren geweest jegens Gods beloften i.z. het land Kanaan, hadden genade gevonden. Genade om een leven te leiden in geloofsgehoorzaamheid - genade om de moeilijkheden te overwinnen, genade om te volharden in de navolging van God. Genade is niet enkel een theologisch begrip, genade is Gods almachtige hulp om in deze wereld overeenkomstig Zijn wil te leven. Dagelijks hebben wij Zijn genade nodig, dagelijks moeten wij om Zijn genade bidden, dagelijks van Hem de kracht ontvangen om de zonde in ons leven te overwinnen.

We lazen in Jer. 31 : 2, dat het volk Israël genade vond in de woestijn. Ja, zo is het, Gods genade bespeuren we het beste als we moeite en tegenslag ondervinden - als we alleen staan met onze zorgen in de woestijn des levens. Over genade wordt zo zelden nage­dacht : wij waarderen ze vaak niet als we thuis in een fauteuil ons vol­daan en behagelijk voelen. Genade is voor uren van nood, voor dagen van beproeving, voor tijden als we hulp behoeven. Als we ons verloren gevoelen in de levenswoestijn, dan roepen we om genade. En dan mogen we weten, er is genade, genade ons gegeven in Jezus Christus. Genade om te geloven in de verzoening met God, die door Jezus Christus is tot stand gebracht op Golgotha, en genade om te leven als innerlijk vernieuwde wedergeboren mensen, in gehoorzaamheid aan Gods geboden.

GEBED

Onze Vader Die in de hemelen zit. Eerbiedig buigen we onze hoofden voor U om door U gezegend te worden. Wij hebben Uw genade, die iedere morgen nieuw is, in ons leven mogen bespeuren. Hoe arm en krachteloos zou ons geestelijk leven zijn, indien Uw kracht der genade ons niet bij voortduring zou schragen bij het voortgaan op het smalle pad. Zegen allen die begerig zijn naar Uw Woord; schenk hun Uw bijstand en hulp. Zegen alle pogingen tot uitbreiding van Uw Koninkrijk en laat ze veel vrucht mogen brengen voor de eeuwigheid. Wij bidden U dit alles uit genade en in de Naam van Jezus Christus. Amen.