01 Inleiding

Jezus heeft vlak voor Zijn gevangenneming een ontroerend gebed gebeden voor Zijn discipelen en voor alle andere mensen die door hun inspanningen in Hem zouden gaan geloven. Toen Hij dat gebed bad, zag Hij ook uw geloof en bekering.
Gedurende de 50 dagen tussen Pasen en Pinksteren heeft het kleine groepje vurig gebeden om kracht en moed om staande te blijven en de opdracht te kunnen vervullen. Het leek in hun ogen op een onneembare vesting en een niet te beklimmen berg. De wereld te gaan vertellen over de overwinning van de Meester, met wat er met de Meester gebeurd was nog vers in het geheugen. Wat zagen ze ertegen op! Waar moesten ze beginnen? Hoe moesten ze het aanpakken?

Jezus kende hun zwakheid en had hun twijfel en angst gezien. Daarom waarschuwde Hij hun niet op eigen houtje te beginnen, maar te wachten totdat Hij hun volledig zou toerusten. Ze zouden die kracht echter alleen ontvangen als ze er met heel hun hart naar zouden verlangen. Daarom gingen ze in gebed. 50 dagen lang. Eerst 40 dagen samen met hun Meester, die hen nog heel veel te vertellen had en hun meer inzicht gaf in de vervulling van de profetieën over Hem. Toen Hij zag dat ze de grote liefde van God begrepen hadden, ging Hij naar de hemel.

De 120 discipelen bleven daarna nog 10 dagen bij elkaar en baden nog vuriger om die beloofde kracht. Ze legden hun hele ziel voor God bloot en gaven Hem alles wat ze hadden, omdat Hij voor hen ook alles opgegeven had.
En de beloofde zegen kon niet uitblijven en met de zegen kwam de kracht, het inzicht en de moed. Ze gaven alles aan God en God gaf hen alles wat Hij had. Het resultaat: 3.000 voor Jezus op die Pinksterdag!
Dit was de kleine oogst. Sinds die dag hebben miljoenen mensen hun hart aan Jezus gegeven.

Maar de echte grote oogst moet nog komen. Wilt u erbij zijn als het gebeurt? Wilt u Jezus alles geven, omdat Hij u alles gegeven heeft? Wilt u ook zo leren bidden? Wilt u met uw gemeente op pad gaan met de last van de opdracht van de Heer op uw schouders, om al die mensen die Jezus nog niet kennen te laten delen in uw blijdschap? Wilt u ook de kracht en de moed die daarvoor nodig is van God ontvangen?