06 De wet van God in het Nieuwe Testament

De Wet Gods in het nieuwe Testament

Door middel waarvan leerden de joden Gods wil kennen? Romeinen 2: 17,18
17
Gij die u Jood noemt en steunt op de wet en roemt op God,
18 zijn wil kent en
onderwezen door de wet de dingen onderscheidt waar het op aan komt,

Wat hadden zij in de wet? Romeinen 2: 20
20 als opvoeder van de onverstandigen en leraar van de onmondigen; jij die in de wet de belichaming bezit van kennis en waarheid;

Wat zei Jezus omtrent Zijn houding tegenover de wet? Mattheus 5: 17
17 Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar te vervullen.

Wat leerde Hij omtrent de standhoudendheid van de wet? Mattheus 5: 18
18 Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied.

Wat leerde Hij, toen Hij klem legde op de belangrijkheid van het houden van de wet? Mattheus 5: 19
19 Wie dus een van die voorschriften, zelfs het geringste, opheft en zo de mensen leert, zal de geringste geacht worden in het Rijk der hemelen, maar wie ze onderhoudt en leert zal groot geacht worden in het Rijk der hemelen.

Wat zei Christus tot de rijke jonge man, dat hij moest doen om in het leven te gaan? Mattheus19: 17
17
En Hij zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan Een, namelijk God. Doch wilt gij in het leven ingaan, onderhoud de geboden.

Wat antwoordde Jezus toen Hem gevraagd werd welke geboden? Mattheus 19: 18,19
18 Hij zeide tot Hem: Welke? En Jezus zeide: Deze: Gij zult niet doden; gij zult geen overspel doen; gij zult niet stelen; gij zult geen valse getuigenis geven;
19 Eer uw vader en moeder; en: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven.

Doet het geloof de wet teniet? Romeinen 3: 31
31 Doen wij dan de wet te niet door het geloof? Dat zij verre; maar wij bevestigen de wet.

Hoe wordt de wet vervuld? Romeinen 13: 8-10
8 Zijt niemand iets schuldig, dan elkaar lief te hebben; want die den ander liefheeft, die heeft de wet vervuld.
9 Want dit: Gij zult geen overspel doen, gij zult niet doden, gij zult niet stelen, gij zult geen valse getuigenis geven, gij zult niet begeren; en zo er enig ander gebod is, wordt in dit woord als in een hoofdsom begrepen, namelijk in dit: Gij zult uw naaste liefhebben gelijk uzelven.
10 De liefde doet den naaste geen kwaad. Zo is dan de liefde de vervulling der wet.

Welk soort van denken onderwerpt zich niet aan de wet Gods? Romeinen 8: 7
7 Want het verlangen van het vlees staat vijandig tegenover God.
Het onderwerpt zich niet aan Gods wet, het kan dit niet eens;

Wat bewijst, dat de wet een onverdeeld geheel vormt? Jakobus 2: 10-12
10 Want wie de gehele wet zal houden, en in een zal struikelen, die is schuldig geworden aan alle.
11
Want Die gezegd heeft: Gij zult geen overspel doen, die heeft ook gezegd: Gij zult niet doden. Indien gij nu geen overspel zult doen, maar zult doden, zo zijt gij een overtreder der wet geworden.
12 Spreekt alzo, en doet alzo, als die door de wet der vrijheid zult geoordeeld worden.

Hoe wordt de zonde omschreven? 1Johannes 3: 4
4
Een iegelijk, die de zonde doet, die doet ook de ongerechtigheid; want de zonde is de ongerechtigheid.

Hoe kunnen wij weten, dat wij de kinderen van God liefhebben? 1Johannes 5: 2
2
Hieraan kennen wij, dat wij de kinderen Gods liefhebben, wanneer wij God liefhebben, en Zijn geboden bewaren.

Wat wordt de liefde Gods gezegd te zijn? 1Johannes 5: 3
3
Want dit is de liefde Gods, dat wij Zijn geboden bewaren; en Zijn geboden zijn niet zwaar.

Hoe wordt de kerk der laatste dagen omschreven? Openbaringen 12:17 / 14:12.
17
En de draak vergrimde op de vrouw, en ging heen om krijg te voeren tegen de overigen van haar zaad, die de geboden Gods bewaren, en de getuigenis van Jezus Christus hebben.
12
Hier is de lijdzaamheid der heiligen; hier zijn zij, die de geboden Gods bewaren en het geloof van Jezus.