Een introductie op het grote visioen dan 10

Een introductie op het grote visioen
januari 3, 2014 Door bijbelenzo
Daniel and gabriel

De laatste drie hoofdstukken uit Daniel mag je beschouwen als een drieluik en behoren bij elkaar. Hoofdstuk 10 mag je gerust de introductie noemen op hoofdstuk 11 en 12. De profetie uit hoofdstuk 11 en 12 kan je beschouwen als een van de grootste profetieen uit de gehele Bijbel, Zo niet de grootste. Hoofdstuk 10 geeft ons vooral een zicht over wat er zich achter de schermen afspeelt, Het is de introductie op de grote strijd tussen Christus en de duivel die zich voltrekt en duurt tot het einde der tijd.

De laatste 2 hoofdstukken uit Daniel is de meest gedetailleerde profetie uit de gehele Bijbel. Het is daarentegen ook een zeer moeilijke profetie. Het geeft ons inzicht over wat er gebeurd vanaf de tijd Daniel dat visioen krijgt tot het einde als Christus terug komt. Dit visioen gaat verder dan de andere profetieën uit Daniel, Maar het volgt wel het zelfde principe. Het is een vogelvlucht door de tijd, Zoals ook het beeld van Nebudkadnezar, Het visioen van de boom, Het visioen van de vier beesten en de ram en de geitenbok waren. Alleen deze profetie is met meer details als al die voorgaande. Het volgt tevens het zelfde principe als Openbaringen waarin Johannes een visioen krijgt die de gehele toekomst voorzegt vanaf de tijd Johannes die visioenen kreeg tot aan de tijd dat Christus terugkomt. Hoofdstuk 10 is gewoonweg een korte introductie op dat grote visioen en het geeft ons niet alleen inzicht over wat er gebeurd door de gehele tijd heen, Maar ook laat het ons de grote strijd tussen Christus en de satan zien. Die tot een climax zou komen als Christus eindelijk terugkomt.

Hoofdstuk 10 begint met een verwijzing naar de 2300 dagen profetie uit hoofdstuk 8, Daniel begreep die profetie niet, En de engel Gabriel gaf hem de uitleg ervan in hoofdstuk 9.

In het derde jaar van Kores, koning van Perzië, werd er een woord geopenbaard aan Daniël, aan wie de naam Beltsazar gegeven is. Dit woord was waarheid en ging over grote strijd. Hij begreep het woord en hij kreeg inzicht in het visioen. (Dan 10,1)

Hij begreep het woord en hij kreeg inzicht in het visioen was het woord dat was gegeven in Hoofdstuk 8, namelijk de 2300 dagen profetie die hem was uitgelegd in hoofdstuk 9. Nu moeten we even heel goed kijken. Er staat dat Daniel in het derde jaar van Kores dat visioen kreeg, maar in hoofdstuk 9 staat in het eerste jaar van Darius. (Dan 9:1).

Nu is dat niet in strijd met elkaar. Het eerste jaar van Darius was tevens het derde jaar van Kores. Beide regeerde in de zelfde periode. Darius regeerde over de Meden, En Kores regeerde over de Perzen. We zitten nu helemaal aan het eind van Daniels leven, Daniel was nu al een oude man, En volgens Daniel 1:21 bleef Daniel aan het hof werken tot het eerste jaar van Koning Kores. De uitleg van het visioen uit Daniel 8 kreeg hij dus 2 jaar later. We bevinden ons nu omstreeks 537 BC, In Dat jaar was het het eerste jaar van Darius, En tevens het derde jaar van Kores. Daniel is niet teruggekeerd naar Jeruzalem maar bleef in Babel, Waar zijn leeftijd hoogstwaarschijnlijk iets mee te maken had.

In die dagen was ik, Daniël, drie volle weken aan het rouwen.
Smakelijk voedsel at ik niet, vlees of wijn kwam niet in mijn mond, en mijzelf zalven deed ik helemaal niet, totdat die drie volle weken voorbij waren.
Op de vierentwintigste dag van de eerste maand bevond ik mij aan de oever van de grote rivier, dat is de Tigris. (Dan 10:2,4)

We lezen hier dat Daniel 3 volle weken aan het rouwen was, En uit vers 4 blijkt dat het de 24e dag was van de eerste maand. Dat was tijdens het pashafeest en ongezuurde broden. We kunnen uit de tekst halen dat hij die gehele periode gerouwd had. Maar waar rouwde Daniel nu precies over, Wat was het probleem? De Bijbel geeft niet het specifieke antwoord op die vraag, Maar het meest voor de hand liggend is dat hij rouwt over het einde van de ballingschap die was aangebroken. Volgens Ezra 1:1,3 werd de eerste van de drie decreten die gegeven werden aan het Joodse volk om de tempel te herbouwen gegeven in het eerste jaar van koning Kores. Volgens Ezra 3:8 begonnen de Joden met de herbouw in het 2e jaar van hun aankomst.

In het tweede jaar na hun komst naar het huis van God in Jeruzalem, in de tweede maand, begonnen Zerubbabel, de zoon van Sealthiël, en Jesua, de zoon van Jozadak, en de overigen van hun broeders, de priesters en de Levieten, en allen die uit de gevangenschap naar Jeruzalem waren gekomen met de bouw. Zij stelden de Levieten aan van twintig jaar en daarboven om toezicht te houden op het werk aan het huis van de HEERE. (Ez 3:8)

Volgens deze tekst begonnen ze dus in het derde jaar van koning Kores, Het zelfde jaar dus dat het visioen aan Daniel werd uitgelegd. Nu was er veel tegenstand tegen die bouw van de tempel, Dat kan je lezen in Ezra maar ook in Nehemia kan je veel lezen over de tegenstand die de Joden hadden om de bouw te voltooien. Er waren andere volkeren die hen hinderde en ook binnen het Medo-Perzische rijk was er tegenstand tegen de bouw van de tempel. Die tegenstand duurde de gehele periode van koning Kores en Darius. Volgens Ezra 4:5 deden ze raadslieden inhuren die hun plannen moesten verijdelen. Hoe dan ook, de bouw van de tempel ging niet zoals het behoorde te gaan, En er was veel tegenstand tegen die eerste decreet die was uitgegeven. Daniel rouwt hoogstwaarschijnlijk om die redes.

In vers 5 t/m 9 krijgt Daniel vervolgens een visioen van iemand die eruit zat als een mens gekleed in linnen met voeten en armen als gepolijst koper, En zijn gezicht als het uiterlijk van bliksem, En zijn lichaam als turkoois, Die veel gelijkenissen vertoond met het visioen die Johannes kreeg op Patmos in Openbaringen 1:9,18. Johannes zag Christus dus men mag hier stellen dat ook Daniel Jezus zag.

Vervolgens wordt Daniel aangeraakt door een engel die gestuurd was om hem het visioen uit te leggen. (Dan 10:10,11) Wie deze engel is wordt niet gezegd in dit hoofdstuk maar hoogstwaarschijnlijk is dat Gabriel die hem ook de woorden uit hoofdstuk 8 en 9 had uitgelegd. Vervolgens begint de engel tot hem te spreken dat hij zeer gewenst is, en hij gestuurd is omwille van zijn woorden. En in vers 13 vervolgens komen we uit bij de eerste van twee sleutelverzen van dit hoofdstuk. Deze verzen geven ons inzicht in wat er gebeurd achter de schermen.

De vorst van het koninkrijk Perzië stond eenentwintig dagen tegenover mij, maar zie, Michaël, een van de voornaamste vorsten, kwam om mij te helpen toen ik daar achterbleef bij de koningen van Perzië. (Dan 10:13)

fallen angelsHier lezen we dat de vorst van het koninkrijk Perzië 21 dagen tegenover deze engel stond, En dat Michael hem moest komen helpen. Wie was nu deze vorst van het koninkrijk van Perzië waar hij door werd tegen gehouden waardoor zelfs Christus hem moest komen helpen? Niet koning Darius of Kores in ieder geval, Dat waren geen vorsten maar koningen. Deze vorst was de satan, De spirituele vorst van Perzië die probeerde de plannen van God te verhinderen zoals het was geopenbaard. De satan is degene die er alles aan doet om de profetieën tegen te werken, en degene die zijn volk bestrijd. Ezra leert ons dat er veel tegenstand was tegen de bouw van de tempel en tegen het decreet die was uitgegeven. Degene die daar achter zat was de satan zelf, De spirituele vorst van Perzië. En zoals Jesaja ons leert was de komst van Kores al geprofeteerd door Jesaja zelf. De satan wist dat natuurlijk, en hij probeerde er alles aan te doen om dat te verhinderen. Zoals de satan dat altijd doet. Ook Jezus omschreef de satan meerdere malen als een vorst.

Nu wordt het oordeel over deze wereld voltrokken, nu zal de vorst van deze wereld buitengeworpen worden. (Joh 12:31)

Ik zal niet veel meer met u spreken, want de vorst van deze wereld komt en heeft geen macht over Mij. (Joh 14:30)

en van oordeel, omdat de vorst van deze wereld veroordeeld is. (Joh 16:11)

En Paulus legt ons in de Efezebrief zelfs uit wie onze vijanden zijn en waar we tegen strijden. Niet vlees en bloed, Maar overheden, machten en wereldheersers van de duisternis, en de geestelijke machten van het kwaad. Wat de satan en zijn engelen zijn.

Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten. (Ef 6:12)

In vers 20 vervolgens volgt de tweede sleutelvers.

Toen zei hij: Weet u waarom ik naar u toe ben gekomen? Nu zal ik terugkeren om tegen de vorst van Perzië te strijden. En zodra ik vertrokken ben, zie, dan zal de vorst van Griekenland komen. (Dan 10:20)

Hier lezen we dat hij terugkeert om tegen de vorst van Perzië te strijden, En daarna als hij weg is komt de vorst van Griekenland. Hij strijd tegen de satan, maar zo gauw hij weg is komt hij terug als vorst van Griekenland, Omdat de duivel nooit ophoud met strijden tegen God en zijn volk. Vervolgens in vers 21 verteld Gabriel aan Daniel dat hij hem zal uitleggen wat in het boek van de waarheid is opgetekend, En al maakt niet een zich sterk tegen hen behalve Michael. (Dan 10:21)

Dit is de introductie op het grote visioen van de koning van het zuiden en de koning van het noorden die vervolgens gaat volgen in hoofdstuk 11 en de climax uit hoofdstuk 12, Een zeer gedetailleerde profetie verteld in vogelvlucht, Vanaf de tijd van Daniel tot het einde van de tijd. We krijgen in dit hoofdstuk een inzicht waarom die dingen gebeuren en wie er achter zit. De spirituele machten van de duisternis, De satan en zijn engelen die op niets anders uit zijn dan God te bestrijden en zijn volk ten gronde te richten, En daar nooit mee zullen stoppen totdat Christus terugkomt. De grote en zeer belangrijke les die God ons wil vertellen is dat alle ellende zoals oorlogen, strijd maar ook valse religies en filosofieën afkomstig zijn van een en de zelfde bron.