03 Verstopping van ons organisme

(1870) 2T 412, 413
157.
Broeder, u heeft nog veel te leren. U verwent uw eetlustdoor meer te eten dan door uw gestel kan worden omgezet in goed bloed.Het is zonde om onmatig te zijn in de kwantiteit aan voedsel die u eet,zelfs al is de kwaliteit boven iedere kritiek verheven. Velen hebben hetgevoel dat als zij maar geen vlees eten en geen vette gerechten, dat zijvan eenvoudig voedsel net zoveel mogen eten tot zij niet meer kunnen.Dat is een vergissing. Veel zogenaamde gezondheidshervormers zijnniets minder dan gulzigaards. Zij laden zo°n zware last op de spijs-verteringsorganen dat de vitaliteit van hun gestel uitgeput raakt vanwegede inspanning om die last kwijt te raken. Het heeft ook een deprimerendeinvloed op het verstand. Want de energie van de zenuwen in de hersenenwordt aangesproken om de maag bij haar werk te helpen. Te veel eten,zelfs al gaat het om het meest eenvoudige voedsel, verdooft de gevoeligezenuwen in de hersenen en verzwakt hun vitaliteit. Zich overeten heeftemstiger gevolgen voor ons gestel dan zich overwerken. De krachten vande ziel worden effectiever aangetast door onmatig eten dan door onmatigwerken.

De spijsverteringsorganen mogen nooit worden belast met zo”nkwantiteit of kwaliteit aan voedsel dat het opnemen ervan ten koste gaatvan ons gestel. Alles wat in onze maag terechtkomt, boven wat ons gestelnodig heeft om in goed bloed om te zetten, verstopt ons organisme. Wanthet kan niet worden omgezet in vlees of in bloed. De aanwezigheid ervanvormt een belasting voor de lever en veroorzaakt een ziekelijke toestandvan ons gestel. De maag raakt overwerkt in haar inspanningen om hetkwijt te raken. Dan ontstaat dat flauwe gevoel, dat wordt uitgelegd alshonger. En zonder dat aan de spijsverteringsorganen rust gegund wordtom van hun zware inspanningen te herstellen, zodat zij nieuwe energiekunnen opdoen, stopt men opnieuw een onbescheiden lading in de maag,waardoor het vermoeide organisme opnieuw in werking wordt gesteld.Het systeem ontvangt minder voeding van een te grote hoeveelheid voedsel, zelfs al is het van de juiste kwaliteit, dan van een bescheidenhoeveelheid, gegeten met regelmatige tussenpozen.