Lazarus en de rijke man

Lazarus en de rijke man
juli 12, 2013 Door bijbelenzo
lazarus and the rich manIn Lukas 16:16,31 verteld Jezus een gelijkenis over de rijke man en Lazarus die nogal voor wat verwarring heeft geleid. Sommige geloven dat deze tekst letterlijk genomen moet worden en dat geeft hen het bewijs dat nadat je bent gestorven je onmiddellijk naar de hemel gaat. Andere daarentegen beweren met verwijzing naar andere passages uit de Bijbel dat die leer tegenstrijdig is met wat de Bijbel ons wil vertellen, En dat Jezus deze gelijkenis gebruikte als figuratief verhaal om ons een grotere waarheid te leren.

De definitie van gelijkenis is een vorm van beeldspraak waarbij een allegorisch verhaal gebruikt wordt om een meer abstracte waarheid te benadrukken. Of in Bijbelse zin; Een verhaal dat een bepaalde religieuze les presenteert door het met een bepaalde gebeurtenis te vergelijken. We weten dat de Bijbelschrijvers situaties gebruikte in zowel imaginaire zin, Zoals de toespraak van Jotham uit Richteren 9:7,21 waarin hij een verhaal verteld over de bomen die een koning voor hunzelf willen zalven. Maar ook werden ze in realistische zin gebruikt. Hoe dan ook. In welke vorm de gelijkenis ook verteld werd, was het altijd een middel om een meer belangrijkere boodschap duidelijk over te brengen aan het volk.

Jezus erkende de waarde van gelijkenissen in het onderwijzen van het volk. Hij verlangde er naar om hun diepste gedachtes en beschouwingen te stimuleren om ze daardoor tot bezinning te roepen om ze weer naar God te lijden, En hij begreep dat als hij letterlijk sprak dat vele van hen zijn woorden snel zouden vergeten. en niet alleen dat, Ook begreep Jezus dat als hij letterlijk sprak sommige onder hen die Jezus streng berispte, zo boos zouden worden dat ze hem zouden willen doden, Of in ieder geval met geweld hem het zwijgen proberen op te leggen.

De gelijkenis van de rijke man en Lazarus is de laatste gelijkenis uit een serie van vijf gelijkenissen die Jezus verteld. In Lukas 15 lezen we eerst de gelijkenis van het verloren schaap, de gelijkenis van de verloren penning, en de gelijkenis van de verloren zoon. In Lukas 16 lezen we vervolgens de gelijkenis van de onrechtvaardige rentmeester, en tenslotte het verhaal van de rijke man en Lazarus. Het is wenselijk om de vraag te stellen tegen welke groep mensen Jezus sprak. In vers 14 lezen we het antwoord:

En al deze dingen hoorden ook de Farizeeën, die geldzuchtig waren, en zij beschimpten Hem. (Luk 16:14)
Hier wordt duidelijk dat Jezus tot de Farizeeen sprak. Een groep mannen die in de evangelies beschreven worden als een groep beruchte lieden die weigerde om Jezus eerlijk te behandelen omtrent de waarheden die Jezus onderwees. we kunnen er zeker van zijn dat van alle mensen die Jezus onderwees, Hij de sluwe Farizeeen het meest behoedzaam behandelde. En ondanks hun uitvluchten van bedrog, leugens en van complotten om Jezus om te brengen behandelde Jezus hen verstandig en naar waarheid. De veiligste manier voor hem om dat te doen was door middel van gelijkenis en allegorie.

Door de geschiedenis heen noemde God de Israeliers zijn volk. De natie Israel was sterk begunstigd als zijn kinderen en de ontvangers van de waarheid. De Joden waren door God geroepen om de waarheid die God hen gegeven had te gebruiken om andere naties naar God te leiden. Maar in plaats van hun opdracht te vervullen werden ze egocentrisch en beweerde ze dat verlossing alleen voor hen zelf was. Terwijl ze zich beroemde op hun exclusiviteit hadden ze toch heidense leringen omarmd, inclusief leugens over het hiernamaals met de bepaling dat hun erfenis ze naar de hemel zou leiden. In zijn verhaal over Lazarus wijst Christus hen op hun eigen hypocrisie.

De gelijkenis.

Het verhaal begint met een bedelaar die onder de zweren zit en die altijd voor de poort van een rijk man lag die gekleed was in purper en fijn linnen, en die overdadig leefde. Lazarus de bedelaar verlangde ernaar gevoed te worden door de kruimels die van de tafel van de rijke man vielen maar de honden kwamen en likte zijn zweren. Op een dag stierven beide mannen. Lazarus werd door engelen in de schoot van Abraham gedragen terwijl de rijke man naar de hel ging waar hij werd gepijnigd. Het zien van Lazarus in de hemel en nog steeds denkende dat hij beter was dan de bedelaar, vroeg hij aan Abraham of hij Lazarus naar hem toe kon sturen om zijn vinger in het water te dopen om zijn tong te verkoelen. Toen Abraham nee zei smeekte de rijke man nog om in ieder geval Lazarus naar zijn familie te sturen om hen te waarschuwen over de verschrikkingen van de hel. Maar Abraham zei: Ze hebben Mozes en de profeten laten ze naar hen luisteren. De rijk man zei echter als iemand onder de doden naar hen toe zou gaan zouden zij zich bekeren. Abraham zei daarop; Als ze nog niet luisteren naar Mozes en de profeten, zullen zij zich ook niet laten overtuigen als iemand uit de doden opstaat.

Wie was de symbolische rijke man? En wie stelde Lazarus symbolisch voor? De Joden waren bovenmatig gezegend door een kennis die ze van God hadden gekregen. Ze hadden niet alleen het verbond gekregen, maar ook de belofte, de heerlijkheid en de wet. (Rom 9:4). Alleen de Joden zouden bidden tot Abraham en hem hun vader noemen. In Johannes 8 lezen we over het twistgesprek die Jezus heeft met de Farizeeen over wie de vader is. De Joden noemen Abraham als vader, Jezus zegt vervolgens als Abraham inderdaad jullie vader is waarom proberen jullie mij dan te doden? dat zou Abraham niet doen. U bent uit uw vader de duivel. De rijke man uit deze gelijkenis noemt Abraham zijn vader zoals de Joden deden. De rijke man stelt dus symbolisch de Joodse leiders voor.

In tegenstelling stelt Lazarus dus de heidenen voor die in geestelijke armoede waren en die met de Joden zouden moeten delen in de erfenis van het Koninkrijk. Zoals de woorden van Jesaja hen bekend in de oren zouden moeten klinken: Ik heb U ook gegeven tot een Licht voor de heidenvolken,
om Mijn heil te zijn tot aan het einde der aarde. (Jes 49:6)

Helaas deelden de Joden hun spirituele rijkdom helemaal niet met de heidenen, In plaats daarvan beschouwde zij hen als honden die tevreden zouden moeten zijn met de spirituele kruimels die van de tafel van hun meester vielen. De metafoor die Christus hier gebruikte was al bekend aangezien hij dat ook deed bij de Kanaanitische vrouw.

Hij antwoordde echter en zei: Het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter. (Mat 15:26,27)

De Joodse leiders hadden de waarheid aan de kant geschoven ondanks ze die waarheid van God hadden gekregen. De rijke man was gekleed als een koning in purper en fijn linnen wat de kennis van een koning en de gerechtigheid van God symboliseerde, Maar als de gelijkenis zich ontvouwd draait Jezus het gezichtspunt van de Farizeeen op zijn kop door de rijke man in de hel te plaatsen, en Lazarus op de schoot van Abraham te zetten. Jezus heeft in het Nieuwe Testament duidelijk uitgelegd dat persoonlijke status geen verlossing garandeert. Hij vertelde ze juist dat ze alleen uit genade verlossing konden krijgen, Een genade die alleen God hen kan verschaffen. En ondanks ze Abraham hun vader noemde, kon Abraham hen in deze gelijkenis niet helpen.

In de Bijbel staat dat iedereen die in Christus is Abrahams nageslacht is overeenkomstig de belofte. (Gal 3:29). Door deze gelijkenis openbaarde Christus ook aan zijn volgers dat ze moesten breken met de traditie om het evangelie met kracht te prediken tegen zowel de Joden als tegen de heidenen. In elke scene van deze gelijkenis ontvouwd zich een grotere spirituele waarheid die in strijd was met de mentaliteit van de Joodse leiders. In de moderne trant om deze gelijkenis letterlijk te nemen, Om daarmee de leer van de hel te ondersteunen doet groot onrecht aan de opzet van het verhaal en zijn diepere betekenis, waardoor we de werkelijke boodschap verliezen.
Jezus probeerde door middel van deze gelijkenis drie lessen te leren.

- Rijkdom verworven door hebzucht, oneerlijkheid of onderdrukking van de armere zijn geen tekens dat je bij God in de gunst zou staan.

- De gelijkenis beschrijft een onoverbrugbare kloof tussen de hemel en de hel. er is geen tweede kans na je dood. Onze beslissingen in dit leven bepalen uiteindelijk onze eeuwige bestemming. Het is of een eeuwig leven in de hemel met Christus onze God. Of de eeuwige dood.

- Jezus wijst de Farizeeen erop dat als ze de duidelijke leer van Gods woord omtrent de verlossing geopenbaard in het schrift verwerpen, Dat ze zelfs nog niet overtuigd zouden zijn als iemand uit de doden op zou staan.

lazarus raised from the deadDe Joden vroegen Jezus altijd om een teken. Hij gaf hen enige tijd later het grootste teken van allen door een echte Lazarus uit de doden op te wekken. (Joh 11:1,46). Als resultaat van dit bovennatuurlijke wonder werden de Joodse leiders kwaad en dreigend en probeerde niet alleen Jezus om te brengen, maar ook probeerde ze zelfs Lazarus te doden.

En de overpriesters beraadslaagden om ook Lazarus te doden, omdat omwille van hem velen van de Joden wegliepen en in Jezus geloofden. (Joh 12:10,11)

De schriftgeleerden lazen het schrift met een sluier voor hun ogen. (2 Kor 3:13,14). Ze hadden niet begrepen dat alle schriften getuigen van Christus. (Joh 5:39). Zelfs toen Jezus Lazarus letterlijk uit de dood opwekte konden ze niet geloven dat hij de aangekondigde Messias was die geopenbaard was in het Oude Testament. Net zoals toen Jezus zichzelf na zijn kruisiging zelfs uit de doden had opgewekt. Als je de profeten in het schrift nog niet kan geloven zul je zelfs niet overtuigd raken als iemand uit de doden wordt opgewekt. Jezus deed deze waarheid op een hele bijzondere manier verkondigen.

Jezus aldus bestrafte de Farizeeen voor hun minachting van het schrift door het gebruik van een gelijkenis als ook een letterlijke gebeurtenis door een echte Lazarus uit de dood op te wekken. Zelfs een bovennatuurlijke gebeurtenis kon geen verandering in hun denken en in het hart teweegbrengen maar ze bleven hardnekkig in hun eigen leer van leugens. waarmee hij de hypocrisie van de Joodse leiders op een hele pijnlijke manier blootlegde.