.

ONTMOETINGEN IN DE BIJBEL

Deze studie laat drie dingen zien:

1. Hoe een aantal personen uit de Bijbel een ontmoeting met een ander en met zichzelf hadden.

2. Hoe ze daarop reageerden.

3. Wat dit voor gevolgen had voor henzelf en hun omgeving.

Veel bijbelse ontmoetingen blijven onbesproken. Het doel van deze studie is laten zien, hoe een ontmoeting vormend kan zijn.

De ene ontmoeting kan een totaal ander karakter hebben dan de andere. Het boeiende is, dat het op verschillende manieren kan ‘klikken’. Het is belangrijk te beseffen, dat ieder zo zijn eigen manier heeft om anderen te benaderen. Aan de andere kant wil je ook het liefst op een bepaalde manier benaderd worden (b.v. voorzichtig, direct, adviserend, e.d.)

Hoe het ook zij, uiteindelijk gaat het niet alleen om een verlangen naar ontmoeting, maar ook om de bereidheid te willen ontvangen én te geven van wat je zelf in huis hebt.

Juist omdat je gesprekspartner anders is dan jij, heeft hij je wat te bieden. Hij of zij ziet soms dingen, waar je zelf geen oog voor hebt, om maar eens iets te noemen.

Omgekeerd kun jij hem of haar weer iets geven, wat jíj hebt ontdekt of kunt.

Ontmoetingen in de Bijbel zijn vaak niet gemakkelijk, toch hebben ze zin.

LUCAS 5

Jezus heeft ervoor gezorgd, dat Petrus veel vis heeft gevangen. Dit geschenk heeft Petrus niet blij, maar bang gemaakt. Hij had Jezus liever níet ontmoet. “Ga weg van mij, want ik ben een zondig mens!”, roept hij afwerend. Petrus vindt zichzelf niet goed genoeg voor zo’n geschenk.

Jezus reageert met de woorden:”Wees niet bevreesd, van nu aan zul je ménsen vangen”. Dat is inderdaad gebeurd.

Wat kunnen u en ik daarvan leren?

Iemand die de boot afhoudt kan wel eens bang zijn of weinig zelfrespect hebben. Hij of zij is niet per definitie ondankbaar. Stel zo iemand op z’n gemak en laat de ander merken, dat je in hem of haar gelooft.

JOHANNES 21

Petrus heeft Jezus drie keer verloochend. Nu vraagt Jezus Petrus drie keer “Heb je Mij lief?”

Hoe pijnlijk moet deze ontmoeting voor Petrus aanvankelijk geweest zijn. Hij stond oog in oog met zijn eigen zondige verleden tegen de achtergrond van Jezus’aanhoudende liefde voor hem. Jezus had hem ondanks alles weer opgezocht en opnieuw een grote visvangst gegeven. Bovendien nodigde Hij Petrus uit met hem te gaan eten. Petrus vluchtte niet en daarom kreeg hij de gelegenheid , de schrijnende herinnering aan de drievoudige verloochening teniet te doen met een drievoudige verklaring van genegenheid aan Jezus’ adres. Het maakte hem klaar voor een nieuwe taak: het weiden van Jezus’ ‘schapen’, d.w.z. het zorgen voor de gelovigen.

Wat kunnen u en ik hiervan opsteken?

Een pijnlijke ontmoeting kan toch herstel van een onderlinge band bewerken. Geef eigen tijd en aandacht, maar laat de ander ook z’n eigen mogelijkheden zien (b.v. dat hij kan uitspreken wat er in hem leeft, een uitnodiging kan accepteren, e.d.). Laat de ander zo mogelijk weten, hoe hij of zij iets voor jou kan betekenen.

JOB 2 EN 3

Job is intens verdrietig, o.a. omdat zijn kinderen bij een ongeluk om het leven zijn gekomen. Bovendien zit hij onder de zweren.

Zo treffen zijn vrienden hem aan. Ze moeten huilen om zo veel ellende, scheuren hun mantels en strooien as op hun hoofd. Daarna gaan ze zeven dagen zwijgend bij Job op de grond zitten. Vervolgens is Job de eerste die dit stilzwijgen doorbreekt, hoewel hij eerst niet verder komt dan een vervloeking van zijn geboortedag.

Wat heeft dit ons te zeggen?

Vind je het moeilijk om op bezoek te gaan bij iemand die verdriet heeft? Dan kun je proberen samen met iemand anders naar de betrokkene te gaan.

Probeer in figuurlijke zin naast de ander te gaan staan. Dit kan letterlijk betekenen: naast hem gaan zitten. Probeer zo in zijn of haar verdriet te delen, dat de ander daar wat aan heeft. Wees fijngevoelig, laat je niet blindelings leiden door regels. Door troost kan een in zichzelf gekeerd mens weer aan het praten gebracht worden.

2 SAMUËL 12

De profeet Nathan zocht David op en confronteerde hem met wat hij gedaan had: het overspel met Bathseba en de moord op haar man Uria. David erkent zijn zonde en ontvangt vergeving. Toch sterft daarna het zoontje van hem en Bathseba, ook al zocht hij contact met God door regelmatig te bidden toen het overlijden van het kind hem was voorzegd.

Wat we hiervan kunnen leren is, dat een confrontatie met wie je bent bijzonder pijnlijk kan zijn , maar daarin zit tegelijkertijd de mogelijkheid van herstel. Als je aan God wat vraagt, maar Hij geeft geen antwoord, dan heeft Hij het je misschien al eerder duidelijk gemaakt, maar wilde je het toen niet horen.

JOHANNES 4

Jezus ontmoet een samaritaanse vrouw. Deze ontmoeting draagt een uitnodigend karakter.

Jezus zegt in wezen “Ik heb jou nodig” met de woorden “Geef Mij te drinken”

Hij zegt eigenlijk ook:”Jij hebt Mij nodig”, want je leeft in zonde en Ik kan jou levend water geven en eeuwig leven.

Jezus draagt haar op:”Ga heen, roep uw man en kom hier”. Confronterend, maar nodig voor de vrouw om dat levende water te kunnen ontvangen.

De ontmoeting van de vrouw met Jezus leidt tot een aantal nieuwe ontmoetingen: van de vrouw met een aantal mede-Samaritanen en van hen met Jezus.

Wat heeft dit verhaal ons te zeggen?

Laat de ander weten, dat hij waardevol is. Laat weten wat je zelf te bieden hebt.

Informeer naar de achtergrond van de ander. Zo leer je de ander beter begrijpen, maar leert de ander ook zichzelf beter kennen!

Een ontmoeting kan leiden tot nieuwe ontmoetingen.

HANDELINGEN 2

Hierin staat Petrus’ toespraak tot een grote groep mensen in Jeruzalem.

Petrus wil komen tot een diepgaande, levensveranderende ontmoeting met zijn hoorders. Daartoe doet hij vier dingen:

a.Hij stelt een vooroordeel bij het publiek aan de kaak door te zeggen:”Deze mensen zijn niet

dronken”.

b.Hij roept op tot luisteren (vers 14)

c.Hij confronteert zijn hoorders met hun zondige verleden (vers 23)

d.Hij confronteert zijn hoorders met Gods werk (vers 24,32,33,36)

Zo komen zij tot een ontmoeting met zichzelf en worden ze diep in hun hart getroffen (vers 37).

Ze tonen besef van schuld en de wil om met die schuld af te rekenen:”Wat moeten wij doen?”(vers 37)

Pas dan komt Petrus met zijn advies:”Bekeert u …” e.d.(vers 38)

In dit bijbelgedeelte springen er in elk geval vier dingen uit:

a. Ga in op vooroordelen die bij anderen leven.

b. Luisteren is riskant, maar pure noodzaak wil je in positieve zin veranderen.

c. Zeg niet te gauw wat een ander allemaal moet doen. Als de ander je vraagt wat hem te doen staat, staat hij er ook het meeste open voor!

d. Soms is een confrontatie nodig om mensen wakker te schudden.

2 CORINTHIËRS 6

In de verzen 11 en 12 zegt Paulus over zichzelf en Timoteüs tegen de Corinthiërs: “Onze mond heeft zich tegen u geopend” en “Ons hart staat wijd open” en “Bij ons vindt gij niet weinig ruimte”. Wat volgt is een confronterende oproep aan de Corinthiërs, ontvankelijker te worden.

Waar gaat het hier om?

Heb de moed anderen te wijzen op een verkeerde levenswijze, maar het is wijs tegelijk open te staan voor wat anderen jóu te zeggen hebben. Verhef jezelf niet boven anderen, maar wees een gelijke. Geef blijk van betrokkenheid bij en liefde voor de ander (een open hart en een gastvrije houding b.v.), als je hem of haar ook advies wilt geven.

GENESIS 3

Adam en Eva zijn bang voor een ontmoeting met God, omdat ze gezondigd hebben (vers 8).

God zoekt ze op en zegt eigenlijk “Kom bij Mij” met de woorden “Waar ben je?”(vers 9)

Hiervan kunnen we leren, dat een ontmoeting met God pijnlijk kan zijn, maar dat Hij daarin ons heil op het oog heeft. Hij wil een relatie met ons en laat ons daarom niet zitten in het web dat we sponnen en waar we in verstrikt raakten.

Zo mogen ook wij elkaar vragen:”Waar zit jíj?”, om elkaar verder te helpen en weer zo nodig met God te verzoenen.

Roelof Upperman,

7-5-2003.

ONTMOETINGEN IN DE BIJBEL

Deze studie laat drie dingen zien:

1. Hoe een aantal personen uit de Bijbel een ontmoeting met een ander en met zichzelf hadden.

2. Hoe ze daarop reageerden.

3. Wat dit voor gevolgen had voor henzelf en hun omgeving.

Veel bijbelse ontmoetingen blijven onbesproken. Het doel van deze studie is laten zien, hoe een ontmoeting vormend kan zijn.

De ene ontmoeting kan een totaal ander karakter hebben dan de andere. Het boeiende is, dat het op verschillende manieren kan ‘klikken’. Het is belangrijk te beseffen, dat ieder zo zijn eigen manier heeft om anderen te benaderen. Aan de andere kant wil je ook het liefst op een bepaalde manier benaderd worden (b.v. voorzichtig, direct, adviserend, e.d.)

Hoe het ook zij, uiteindelijk gaat het niet alleen om een verlangen naar ontmoeting, maar ook om de bereidheid te willen ontvangen én te geven van wat je zelf in huis hebt.

Juist omdat je gesprekspartner anders is dan jij, heeft hij je wat te bieden. Hij of zij ziet soms dingen, waar je zelf geen oog voor hebt, om maar eens iets te noemen.

Omgekeerd kun jij hem of haar weer iets geven, wat jíj hebt ontdekt of kunt.

Ontmoetingen in de Bijbel zijn vaak niet gemakkelijk, toch hebben ze zin.

LUCAS 5

Jezus heeft ervoor gezorgd, dat Petrus veel vis heeft gevangen. Dit geschenk heeft Petrus niet blij, maar bang gemaakt. Hij had Jezus liever níet ontmoet. “Ga weg van mij, want ik ben een zondig mens!”, roept hij afwerend. Petrus vindt zichzelf niet goed genoeg voor zo’n geschenk.

Jezus reageert met de woorden:”Wees niet bevreesd, van nu aan zul je ménsen vangen”. Dat is inderdaad gebeurd.

Wat kunnen u en ik daarvan leren?

Iemand die de boot afhoudt kan wel eens bang zijn of weinig zelfrespect hebben. Hij of zij is niet per definitie ondankbaar. Stel zo iemand op z’n gemak en laat de ander merken, dat je in hem of haar gelooft.

JOHANNES 21

Petrus heeft Jezus drie keer verloochend. Nu vraagt Jezus Petrus drie keer “Heb je Mij lief?”

Hoe pijnlijk moet deze ontmoeting voor Petrus aanvankelijk geweest zijn. Hij stond oog in oog met zijn eigen zondige verleden tegen de achtergrond van Jezus’aanhoudende liefde voor hem. Jezus had hem ondanks alles weer opgezocht en opnieuw een grote visvangst gegeven. Bovendien nodigde Hij Petrus uit met hem te gaan eten. Petrus vluchtte niet en daarom kreeg hij de gelegenheid , de schrijnende herinnering aan de drievoudige verloochening teniet te doen met een drievoudige verklaring van genegenheid aan Jezus’ adres. Het maakte hem klaar voor een nieuwe taak: het weiden van Jezus’ ‘schapen’, d.w.z. het zorgen voor de gelovigen.

Wat kunnen u en ik hiervan opsteken?

Een pijnlijke ontmoeting kan toch herstel van een onderlinge band bewerken. Geef eigen tijd en aandacht, maar laat de ander ook z’n eigen mogelijkheden zien (b.v. dat hij kan uitspreken wat er in hem leeft, een uitnodiging kan accepteren, e.d.). Laat de ander zo mogelijk weten, hoe hij of zij iets voor jou kan betekenen.

JOB 2 EN 3

Job is intens verdrietig, o.a. omdat zijn kinderen bij een ongeluk om het leven zijn gekomen. Bovendien zit hij onder de zweren.

Zo treffen zijn vrienden hem aan. Ze moeten huilen om zo veel ellende, scheuren hun mantels en strooien as op hun hoofd. Daarna gaan ze zeven dagen zwijgend bij Job op de grond zitten. Vervolgens is Job de eerste die dit stilzwijgen doorbreekt, hoewel hij eerst niet verder komt dan een vervloeking van zijn geboortedag.

Wat heeft dit ons te zeggen?

Vind je het moeilijk om op bezoek te gaan bij iemand die verdriet heeft? Dan kun je proberen samen met iemand anders naar de betrokkene te gaan.

Probeer in figuurlijke zin naast de ander te gaan staan. Dit kan letterlijk betekenen: naast hem gaan zitten. Probeer zo in zijn of haar verdriet te delen, dat de ander daar wat aan heeft. Wees fijngevoelig, laat je niet blindelings leiden door regels. Door troost kan een in zichzelf gekeerd mens weer aan het praten gebracht worden.

2 SAMUËL 12

De profeet Nathan zocht David op en confronteerde hem met wat hij gedaan had: het overspel met Bathseba en de moord op haar man Uria. David erkent zijn zonde en ontvangt vergeving. Toch sterft daarna het zoontje van hem en Bathseba, ook al zocht hij contact met God door regelmatig te bidden toen het overlijden van het kind hem was voorzegd.

Wat we hiervan kunnen leren is, dat een confrontatie met wie je bent bijzonder pijnlijk kan zijn , maar daarin zit tegelijkertijd de mogelijkheid van herstel. Als je aan God wat vraagt, maar Hij geeft geen antwoord, dan heeft Hij het je misschien al eerder duidelijk gemaakt, maar wilde je het toen niet horen.

JOHANNES 4

Jezus ontmoet een samaritaanse vrouw. Deze ontmoeting draagt een uitnodigend karakter.

Jezus zegt in wezen “Ik heb jou nodig” met de woorden “Geef Mij te drinken”

Hij zegt eigenlijk ook:”Jij hebt Mij nodig”, want je leeft in zonde en Ik kan jou levend water geven en eeuwig leven.

Jezus draagt haar op:”Ga heen, roep uw man en kom hier”. Confronterend, maar nodig voor de vrouw om dat levende water te kunnen ontvangen.

De ontmoeting van de vrouw met Jezus leidt tot een aantal nieuwe ontmoetingen: van de vrouw met een aantal mede-Samaritanen en van hen met Jezus.

Wat heeft dit verhaal ons te zeggen?

Laat de ander weten, dat hij waardevol is. Laat weten wat je zelf te bieden hebt.

Informeer naar de achtergrond van de ander. Zo leer je de ander beter begrijpen, maar leert de ander ook zichzelf beter kennen!

Een ontmoeting kan leiden tot nieuwe ontmoetingen.

HANDELINGEN 2

Hierin staat Petrus’ toespraak tot een grote groep mensen in Jeruzalem.

Petrus wil komen tot een diepgaande, levensveranderende ontmoeting met zijn hoorders. Daartoe doet hij vier dingen:

a.Hij stelt een vooroordeel bij het publiek aan de kaak door te zeggen:”Deze mensen zijn niet

dronken”.

b.Hij roept op tot luisteren (vers 14)

c.Hij confronteert zijn hoorders met hun zondige verleden (vers 23)

d.Hij confronteert zijn hoorders met Gods werk (vers 24,32,33,36)

Zo komen zij tot een ontmoeting met zichzelf en worden ze diep in hun hart getroffen (vers 37).

Ze tonen besef van schuld en de wil om met die schuld af te rekenen:”Wat moeten wij doen?”(vers 37)

Pas dan komt Petrus met zijn advies:”Bekeert u …” e.d.(vers 38)

In dit bijbelgedeelte springen er in elk geval vier dingen uit:

a. Ga in op vooroordelen die bij anderen leven.

b. Luisteren is riskant, maar pure noodzaak wil je in positieve zin veranderen.

c. Zeg niet te gauw wat een ander allemaal moet doen. Als de ander je vraagt wat hem te doen staat, staat hij er ook het meeste open voor!

d. Soms is een confrontatie nodig om mensen wakker te schudden.

2 CORINTHIËRS 6

In de verzen 11 en 12 zegt Paulus over zichzelf en Timoteüs tegen de Corinthiërs: “Onze mond heeft zich tegen u geopend” en “Ons hart staat wijd open” en “Bij ons vindt gij niet weinig ruimte”. Wat volgt is een confronterende oproep aan de Corinthiërs, ontvankelijker te worden.

Waar gaat het hier om?

Heb de moed anderen te wijzen op een verkeerde levenswijze, maar het is wijs tegelijk open te staan voor wat anderen jóu te zeggen hebben. Verhef jezelf niet boven anderen, maar wees een gelijke. Geef blijk van betrokkenheid bij en liefde voor de ander (een open hart en een gastvrije houding b.v.), als je hem of haar ook advies wilt geven.

GENESIS 3

Adam en Eva zijn bang voor een ontmoeting met God, omdat ze gezondigd hebben (vers 8).

God zoekt ze op en zegt eigenlijk “Kom bij Mij” met de woorden “Waar ben je?”(vers 9)

Hiervan kunnen we leren, dat een ontmoeting met God pijnlijk kan zijn, maar dat Hij daarin ons heil op het oog heeft. Hij wil een relatie met ons en laat ons daarom niet zitten in het web dat we sponnen en waar we in verstrikt raakten.

Zo mogen ook wij elkaar vragen:”Waar zit jíj?”, om elkaar verder te helpen en weer zo nodig met God te verzoenen.

Roelof Upperman,

7-5-2003.