You are: Home > www.agp-internet.com/react > Sermonroom > Historisch Index

Hoofdstuk 7

Hoofdstuk 6 eindigt met de vraag .Wie zal kunnen bestaan ? In hoofdstuk 7 wordt het antwoord gegeven op deze vraag. Jezus Christus heeft een weg tot ontkoming verschaft.

Verzen 1.3. Terwijl God zich gereedmaakt om de goddelozen te straffen tijdens de laatste zeven plagen (Openb. 14:9-11; 15; 16) ziet Jezus in genade neer op zijn volk. Hij beseft dat er meer tijd nodig is voor hun behoud. Daarom beveelt Hij de vier engelen aan de vier hoeken van de aarde (het beeld dat gebruikt wordt om te laten zien dat dit heel de aarde betreft) om de vernietigende kracht nog een korte tijd tegen te houden, zodat Hij zijn volk kan verzegelen.

Evenals de opkomende zon, verlicht de engel die het zegel heeft heel de aarde met zijn heerlijkheid als hij komt tot hen die God dienen. Openbaring 18:1. Openbaring 7:2 en 18:1 citeren Ezechiël 43:2, waar de heerlijkheid van de Heer wordt beschreven als Hij zijn tempel binnengaat.

Een zegel is een teken (Romeinen 4:11), dat eigendomsrecht aanwijst. Zij die het zegel van God ontvangen, zijn zij die Hem als Schepper en Heer erkennen, zij die zijn wil volbrengen en zijn geboden bewaren. Er moet dus kort voor de wederkomst van Jezus een hervorming plaatsvinden onder het volk van God. Uit liefde Voor Jezus, een nieuw besef van verplichting om de geboden van God te houden. Openbaring 14:12; 12:17.

De Bijbel leert dat God de sabbat als een teken tussen Hem en zijn volk beschouwt. Het sabbatsgebod wijst God aan als de Schepper van alle dingen. Het toont het recht van God op het ontvangen van aanbidding. Ezech. 20: 12, 20. Het zegel is het werk van de H. Geest. Efeze 1 :13; 4:30. Allen die zich door Gods Geest laten leiden, zijn

kinderen van God, en kinderen van God houden alle geboden van God. Openbaring 14:12.

Die in Christus geloven naar de Schrift, ontvangen het zegel van God. Ze zijn bereid om Hem te vertrouwen en zijn wet te bewaren. Daarom zal God hen beschermen tijdens het waaien van de vier winden van vernietiging, die over de aarde zullen losbreken.

Vers 4-8. De 144.000 (12x12x1000) zijn mensen die zich aan God hebben gewijd. Openbaring 14: 1-5. In de Bijbel wordt het getal 12 dikwijls verbonden met Gods koninkrijk. Israël had 12 stammen; Christus had 12 apostelen. Het woord Israël wil zeggen: .hij strijdt met God.. en kenmerkt iemand die met God gestreden heeft om aanvaard te worden. Ps. 73; Gen.32:28.

Alleen zij, die een verbond aangaan met God en Hem als hun Heer erkennen, kunnen als deel van Israël beschouwd worden. Op grond hiervan maakt het Nieuwe Testament duidelijk dat de christelijke kerk nu Gods ware Israël vormt, Efeze 2:11-16; Gal. 3:28, 29; Rom. 2;28.

Vers 9-17. Na het visioen van de verzegeling. zag Johannes een grote schare voor de troon van God staan, na de wederkomst van Christus. De grote schare omvat alle verlosten van de aarde. Met diepe verering aanbidden ze God en Christus voor de verlossing van de zonde en de dood. Allen, die voor de troon van God staan, zijn uit de grote verdrukking gekomen (vers 14), maar . hun lijden zal onbetekenend blijken als ze zich bewust worden van de zegeningen. die door het lijden van Jezus gekomen zijn. Rom. 8:18. Dit is het antwoord op de roep van de martelaren onder het vijfde zegel.

Hoofdstuk 8

Hoofdstuk 8:1. Het zevende zegel begint met een stilte in de hemel. Veel verklaarders geloven dat die betrekking heeft op de wederkomst van Christus. Andere verklaarders menen dat ge"durende deze stilte de gemeente bidt, en de hemel op de aarde wacht. (vs 3). God kan niet opschieten zolang de kerk nog treuzelt. De kerk op aarde is nog niet gereed. Alle hemelingen zijn vol aandacht omdat God zelf luistert naar de stem van de gelovigen.

Als de gebeden van de strijdende mens op aarde voor zijn troon worden gebracht weet God dat de mens bereid is tot het uiterste' te gaan

Openbaring 8-11 schetsen vanuit een derde gezichtspunt Gods plan in de geschiedenis. Eerst kwamen de bijzondere boodschappen van Jezus aan zijn gemeenten. Daardoor wilde Hij zijn volk reinigen en versterken. Hij toonde hen hun fouten en bood hen genezing aan. Toen kwamen de zeven zegels waarin Jezus zijn volk troost biedt door hen te laten zien dat God de leiding heeft in het wereldgebeuren, en dat Hij een einde zal maken aan zonde en lijden. Door de zeven bazuinen rondt Jezus zijn boodschappen aan zijn volk af. Hij toont hen hoe God door de geschiedenis heen het kwaad heeft gestraft en dit deed met rechtvaardigheid en barmhartigheid. De bazuin is in de Bijbel niet zomaar een blaasinstrument. Bazuinen worden gebruikt om van tijd tot tijd bijzondere keerpunten in de geschiedenis van het volk van God aan te kondigen. We denken aan de bazuinen bij de wetgeving, toen de Tien geboden gegeven werden. (Ex. 19:13, 19; 20:18.) Bij de val van Jericho (Jozua 6: 16) , toen zij op het punt stonden het beloofde land binnen te gaan. Over de bazuinen spreken de profeten als de dag des Heren nabij is. Joël 2: 15. Er worden nieuwe etappen door aangegeven in de heilsgeschiedenis. Daarnaast gaf God het bevel, dat de priesters elk Jaar vlak voor de grote Verzoendag, door bazuingeschal het volk moesten oproepen om zich voor te bereiden op de oordeelshandelingen op die dag. De zevende bazuin eindigt dan ook met het laatste oordeel over de mens, dat in het Oude Testament wordt voorgesteld door de Grote Verzoendag.

Vers 2-6. De gebeden van de mensen zijn menselijk' dus onvolmaakt. Een mens bidt zoals hij is, en geen mens is rechtvaardig voor God. Alleen Christus' volmaakte gerechtigheid, hier voorgesteld door de geurige wierook, kan de gebeden van de zondige mens voor God aanvaardbaar maken. De bemiddeling van Christus zuivert elk oprecht gebed.

Vers 7-12. De symbolische taal uit Openbaring 8:7 -9:21 heeft heel wat Bijbelgeleerden in verwarring gebracht. We zullen niet elk symbool volledig kunnen begrijpen. God wil ons duidelijk maken waarom Hij deze rampen zendt. Elke ramp heeft een oorzaak. De rampen van de bazuinen komen als gevolg van de zonde.

Men heeft deze bazuinen in verband gebracht met de geschiedenis van het Romeinse Rijk, het rijk dat in het boek Daniël een belangrijke rol speelde in de geschiedenis van het volk van God. Alhoewel Rome een "christelijk. rijk werd, was dat christendom doorweven met heidendom. En omdat Rome in het algemeen Gods wil trotseerde, werd het geteisterd door rampen.

De eerste bazuinen troffen het Westromeinse Rijk. Barbaarse stammen, zoals de Gothen, vielen Rome van de landzijde aan (vers 7) .Ze werden gevolgd door de Vandalen die Rome van de zeezijde aanvielen (vers 8, 9) .Tijdens de vijfde eeuw werd Rome diep vernederd toen de Hunnen het Romeinse Rijk binnenvielen. (vers 10' 11) .Het woord " alsem. geeft de sfeer van bitterheid en wanhoop weer die zich onder de bevolking verspreidde. Attila, de leider van de Hunnen, verscheen als een vlammende komeet aan de Romeinse hemel en liet een vurig spoor van dood en vernietiging achter zich. Gibbon, de historicus, zegt dat hij het Romeinse Rijk danig verzwakte.

De Heruien onder Odoaker doofden de lichten van het Westromeinse rijk (vers 2, 13) , zon, maan en sterren. Eerst stond Rome nog in het volle licht, totdat de nacht over Rome kwam.

Men bekeerde zich niet. Daarom volgen nu ook de andere bazuinen.

Hoofdstuk 8: 13 .9: 11. Na de eerste drie bazuinen kondigde een arend (geen engel.., zoals de Statenvertaling zegt) aan dat de laatste drie bazuinen nog veel ellende zouden brengen.

Lang voor de dagen van Johannes verklaarde de profeet Hosea: " De bazuin aan uw mond ! Als een arend komt het tegen het huis des Heren! Omdat ze Mijn verbond hebben overtreden en tegen Mijn wet gerebelleerd-. Hosea 8:1. Ook het Oost-Romeinse Rijk viel in ongenade bij God. Hij hield in genade de onvermijdelijke gevolgen van het verwerpen van Zijn woord tegen. Tenslotte moest Hij ook het Oost-Romeinse Rijk straffen.

Een ster opende de put van de afgrond. De duivel is de engel van de afgrond (vers 11). Er komen sprinkhanen uit de afgrond. Sprinkhanen hebben geen koning, maar hier hebben zij als koning de engel van de afgrond: Abaddon (Verwoester) .De duivelse machten zijn georganiseerd. Terwijl we denken aan toeval, zit er een brein achter. Er komt rook uit de afgrond, waardoor een verduistering ontstaat. De verduistering die over het Oost-Romeinse Rijk kwam, was de leer van Mohammed, die zijn oorsprong vindt in de engel van de afgrond. Vanuit de woestijnen van Arabië overstroomden de Mohammedanen als sprinkhanen het Oost-Romeinse Rijk. De macht waarover het rijk der duisternis beschikt is een gegeven macht. De sleutel moet eraan te pas komen om de put te openen.

Gedurende vijf profetische maanden (150 jaar als men een dag rekent voor een jaar: Ezech. 4:6) pijnigden de volgelingen van Mohammed het Oost-Romeinse Rijk. Gibbon schrijft: .Op 27 juli 1299 viel Othman Nikodemië binnen ». Decline and Fall of the Roman Empire, vol. V; chap. 64; par. 14. Othman was de stichter van het Ottomaanse Rijk, waarin de Mohammedaanse stammen verenigd werden. In 1449 erkende de laatste Oost-Romeinse keizer Constantijn zijn onderworpenheid aan de Ottomanen. Hierdoor eindigden de jaren van pijniging en een periode van onderwerping brak aan.

Vers 12-21. Bij de zesde bazuin zag Johannes dat God vernietigende machten de vrijheid gaf gedurende een beperkte tijd. Een uur, een dag, een maand en een jaar. Profetisch gezien 391 jaar en 15 dagen. Vanaf de Hervorming hebben bijbelkenners zoals Maarten Luther, Sir Isaac Newton, John Wesley en tal van anderen de zesde bazuin in verband gebracht met de macht van de Moslims. De toepassing van deze profetie werd ook gemaakt door Josiah Litch in 1838, twee jaar vóór de vervulling. Hij voorspelde dat de Turkse macht in 1840 zou worden overwonnen: .Aangenomen dat de eerste periode van 150 jaar precies in vervulling ging op de dag dat Deacozes de troon besteeg met goedvinden van de Turken, en dat de 391 jaar en 15 dagen begonnen bij het eind van deze periode, moeten ze eindigen op 11 augustus 1840, waarop men mag verwachten dat de ottomaanse macht in Constantinopel gebroken zal worden. En naar mijn overtuiging zal dit het geval lijn.»

Inderdaad aanvaardde Turkije op dat tijdstip de macht van de Westerse mogendheden. Rome en Constantinopel (het Westen het Oost-Romeinse Rijk) vielen omdat ze niet trouw waren aan het evangelie. Zij verwierpen Gods wet. De val van het Romeinse Rijk dient als waarschuwing voor ons. God is genadig maar Hij is ook rechtvaardig Wat een mens zaait, zal hij oogsten. Openbaring 12-20 laat zien dat heel de wereld God en Zijn wet zal verwerpen. Slechts enkelen zullen zich aan de invloed van de Satan kunnen onttrekken.